Financiële begroting

Totaaloverzicht van baten en lasten van alle taakvelden

Toelichting op de verschillen tussen de begroting 2022 en de begroting 2021

Verschillen worden toegelicht op hoofdlijnen, per thema, vanaf € 25.000. We vergelijken hierbij de begroting 2021 (na wijzigingen t/m Burap 1) met de primaire begroting 2022 (inclusief nieuw beleid). Structurele gevolgen vanuit Burap 1 2021 zijn verwerkt in 2022 en worden hieronder niet nader uitgewerkt. Administratieve afwijkingen worden eveneens niet toegelicht. Denk hierbij aan verschuivingen van salarislasten tussen thema's/ taakvelden of overheveling van budget van 2020 naar 2021 (leidt tot eenmalig budget in 2021). Alleen verschillen die een beleidsmatige impact hebben worden toegelicht. Het betreft enkel autonome ontwikkelingen. Consequenties van nieuw beleid (beleidsintensiveringen) worden weergegeven per programma. (V) voordeel, (N) nadeel.

Programma 1 Inwoner

Lasten

Thema 1.1 Preventie

  • In het dekkingsplan 2020 zijn de volgende bezuinigingen opgenomen en verwerkt in de begroting 2022; waarderingssubsidie sport verlaagd met € 33.000; subsidie aan Factorium voordeel van € 150.000, basisstructuur jeugd voordeel van € 26.000.
  • Het project vroegsignalering is later gestart dan verwacht, daarom loopt het project in 2022 nog door, dit is een voordeel van € 82.000.
  • De bijdrage per inwoner aan de GGD is verhoogd, een nadeel van € 21.000.

Thema 1.3 Zorg en activering

  • Voor de meedoenregeling wordt vanaf 2022 structureel € 100.000 opgenomen, dit is een nadeel.
  • De eenmalige budgetten voor opvang van vluchtingen en begeleiding statushouders zijn vervallen, dit is een voordeel van € 175.000.
  • De bijdrage van het Rijk voor wet sociale werkvoorziening is lager, hierdoor is ook de bijdrage aan de Diamantgroep lager.
  • De tendens is dat de vraag naar hulp in huishouding toeneemt en de kosten zullen in 2022 toenemen.
  • De beheersmaatregelen voor de regionale jeugdzorg zal in 2022 vertaald kunnen worden in een verlaging van de gemeentelijke bijdrage.

Programma 2 Leefomgeving

Lasten

Thema 2.1 Slim omgaan met ruimtegebruik

  • In 2021 is er een incidenteel budget opgenomen van € 150.000 voor de implementatie van de Omgevingswet. Dat is op basis van het dekkingsvoorstel incidentele verlaagd met € 50.000.
  • De ramingen voor de grondexploitatie voor de Boschkens wijken ieder jaar  fors af van die van het jaar ervoor. Dat heeft te maken met het vertalen van de grondexploitatie in de jaarschijven.

Thema 2.2 Verstandig omgaan met natuurlijke bronnen

  • De lasten voor riolering zijn € 83.000 lager voornamelijk vanwege de nieuwe verdeling van de lasten op basis van het nieuw vastgestelde programma riolering en stedelijk water.
  • Vanwege de kostendekkendheid dalen de baten nagenoeg met hetzelfde bedrag.
    • De uitgaven voor afval dalen per saldo met € 53.000 vanwege enerzijds hogere verwerkingskosten afval en anderzijds lagere inzamelingskosten. Verder daalt de opbrengst van bepaalde grondstoffen.
    • Mutaties in de ramingen van lasten en baten worden gelet op de kostendekkendheid opgevangen binnen de afvalstoffenheffing.
  • Bij het taakveld Milieubeheer zijn er lagere lasten, omdat in 2021 rekening is gehouden met een budget voor de energietransitie.

Thema 2.3  Zorg voor een veilige leefomgeving
In 2020 zijn er geen uitgaven voor de Veiligheidsmonitor, eens in de twee jaar wordt hiervoor budget gevraagd.

Programma 3 Bedrijvigheid
Er zijn geen grote afwijkingen te verklaren.

Programma 4 Bestuur
De lasten zijn ruim € 166.000 lager ten opzichte van de gewijzigde begroting 2021. De belangrijkste verklaringen zijn:

Thema 4.1 Bestuur

  • In 2021 is een voorziening gecreëerd voor een nog te betalen wachtgeldverplichting aan een voormalig wethouder in het kader van de wet APPA á € 196.000.
  • Organiseren van de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 en het inwerkprogramma nieuwe raad: € 35.000 N.

Thema 4.2 Dienstverlening

  • Kosten 2e Kamer verkiezingen 2021 in coronatijd: € 22.000 V in 2022
  • Lagere personeelslasten € 24.000 V (dekkingsplan 2020-2024 taakstellende bezuiniging Bedrijfsvoering).

De baten zijn ongeveer € 10.000 hoger ten opzichte van de gewijzigde begroting 2021.  

Programma 5 Algemene Dekkingsmiddelen en Overhead
De lasten zijn ongeveer € 1.139.000 lager ten opzichte van de gewijzigde begroting 2021. De belangrijkste verklaringen zijn:

Thema 5.1 Algemene Dekkingsmiddelen

  • Lagere mutaties aan reserves en voorzieningen voor € 1.068.000. Bij het Overzicht reserves en voorzieningen is een toelichting uitgewerkt. De verschillen tussen 2022 en 2021 zijn grotendeels incidenteel van aard.
  • Resultaat van de begroting. In de nota van Aanbieding in de Programmabegroting 2022 wordt het positief saldo van 2022 en de tekorten in de meerjarenraming 2023 tot en met 2025 genoemd.

Thema 5.2 Overhead
In 2022 zijn de lasten voor personeel hoger, vanwege verschillende A- en B-wensen uit de Perspectiefnota 2022. Hiervan wordt € 279.000 N binnen dit thema verwerkt. In 2021 zijn een aantal eenmalige budgetten toegekend, waardoor de lasten in 2022 lager zijn.  

De baten zijn € 1.372.000 N ten opzichte va de gewijzigde begroting 2021. De belangrijkste verklaringen zijn:

Thema 5.1 Algemene Dekkingsmiddelen

  • Algemene uitkering gemeentefonds. De raming voor de algemene uitkering en voor de integratie-uitkering is gebaseerd op de mei-circulaire en er is rekening gehouden met de extra inkomsten voor het jeugdzorg.
  • OZB Woningen / OZB-niet Woningen / Belasting overig. De raming voor de OZB is hoger, door  enerzijds de stijging het inflatiepercentage met 1,9% en anderzijds is rekening gehouden met volumegroei.

Thema 5.2 Overhead
We begroten in 2022 ruim € 42.000 V voor detachering van personeel in GHO verband.

Deze pagina is gebouwd op 09/27/2021 14:44:47 met de export van 09/27/2021 14:39:15